Middeleeuws Gouda telt meer dan vijfentwintig kapellen. De vele torenspitsen geven het silhouet van de stad een fraai aanzien. Bescheiden in omvang en hoogte, maar opmerkelijk in zijn bouwwijze is de Jeruzalemkapel. Priester Gijsbert Raet laat deze kapel bouwen als dank voor zijn behouden terugkeer uit Jeruzalem. Het ontwerp is naar het origineel van het Heilige Graf en de bijbehorende kerk, zoals de Jeruzalemvaarders die met eigen ogen zien. Na zijn dood wordt Raet in ‘zijn’ kapel begraven. Bij restauratiewerkzaamheden in 2007 vindt men hiervan het bewijs.
Stichter Gijsbert Raet
Als Gijsbert Raet, onder-pastoor in de Sint-Janskerk, terugkeert van zijn pelgrimstocht naar het Heilige Land (tussen 1478 en 1487) laat hij uit dankbaarheid voor zijn behouden terugkeer op eigen kosten een kapel bouwen. Raet is een vermogend man met bezittingen in Gouda en daarbuiten. Hij overlijdt op 27 mei 1511 en wordt begraven in zijn kapel, hoewel hij een graf heeft gereserveerd in de Sint-Janskerk. Een prachtige zwarte hardstenen zerk, versierd met vier geelkoperen gegraveerde hoekplaten en een middenplaat van hetzelfde materiaal, dekt tot omstreeks 1586 zijn laatste rustplaats. In museumgoudA (Het Catharina Gasthuis) bevindt zich nog een deel van deze grafsteen. De koperen platen zijn eigendom van het Rijksmuseum te Amsterdam. Een replica van de grafsteen is te zien onder glas 27 in de Sint-Janskerk. Bij restauratiewerkzaamheden in 2007 zijn het graf en delen van het skelet van Raet teruggevonden.
Opmerkelijk gebouw
Aangenomen wordt dat de bouw van de kapel plaatsvindt tussen 1497 en 1504. In laatstgenoemd jaar wordt het altaar gewijd. De kapel bestaat uit een rechthoekig deel, dat in open verbinding staat met een twaalfhoekige koepelvormige ruimte. Daarin bevindt zich een houten replica van het Heilige Graf. De kapel is opgetrokken uit baksteen en voorzien van natuurstenen detailleringen. In de muren zijn afwisselend blinde en halfgeopende spitsboogvensters geplaatst. Binnen zijn tussen de wanden slanke, ronde muurschalken van baksteen aangebracht. Deze zijn voorzien van natuurstenen basementen en kapitelen met bijzondere profilering. Verfresten wijzen erop dat deze bouwdelen oorspronkelijk rood waren geschilderd. De kapitelen ondersteunen de ribben van een twaalfzijdig stergewelf. In het midden komen de ribben samen bij een natuurstenen ring. Op het altaar staat een drieluik, dat de kruisiging, kruisafneming, verrijzenis en hemelvaart van Christus voorstelt. Het is wellicht hetzelfde altaarstuk dat zich nu in museumgoudA (Het Catharina Gasthuis) bevindt.
Betekenis
De verering van het Heilige Graf stamt uit de tijd van de kruistochten. Aanvankelijk wordt in een bestaande kerk of kapel een replica van het Heilige Graf geplaatst. Maar al spoedig worden, zoals in Gouda, speciale kapellen gebouwd. Het ontwerp is afkomstig van de Jeruzalemvaarders, die het origineel van het graf en de bijbehorende kerk met eigen ogen zien. De Nederlandse Jeruzalemkapellen zijn in hun vormgeving nauw verwant aan de vormgeving van het Heilige Graf. Het rechthoekige deel verwijst naar de Kapel van de Engel, het toegangsportaal. De voornaamste religieuze handelingen spelen zich af in deze ruimte. Hier bevindt zich ook het altaar. De twaalfhoekige ruimte, symbool voor de twaalf apostelen, verwijst naar de twaalf zuilen van het baldakijn op het Heilige Graf.
Stad met veel kapellen
In het laatste kwart van de veertiende eeuw neemt de intensiteit van het godsdienstig leven toe. Het gevolg is niet alleen een toename van het aantal kloosters, maar ook dat van zelfstandige kapellen. Zo wordt rond 1380 de Noodgodskapel aan de Westhaven gesticht, nadat Maria’s beeltenis in de spiegeling van het water van de Haven is verschenen. In de kapel staat in die tijd een piëta, een eikenhouten beeld van Maria met de gestorven Christus op schoot. Hieraan wordt een wonderdadige kracht toegekend. De Noodgodskapel wordt in 1576 gesloopt. De Onze Lieve Vrouwekapel aan de Nieuwehaven is ruim een eeuw later gebouwd en stamt uit 1493. Opdrachtgever voor de bouw is de Rozenkransbroederschap, die ook het beheer van de kapel voert. In de kapel bevinden zich een altaar en een Mariabeeld. De Barbarakapel annex gasthuis op de hoek van de Keizerstraat en de Kuiperstraat is van nog later datum: 1505. Zoals bij veel kleine gasthuizen vormen ziekenzaal en kapel één geheel. Andere vermeldenswaardige kapellen zijn de niet meer bestaande Sint-Odulphuskapel nabij de Mallegatsluis en de Sint-Joostkapel op de hoek van de Hoge Gouwe en de Lange Groenendaal, waarin sinds 1680 de Lutherse kerk huist.